Bijna alle andere marktsteden fors achteruit

 

Met 81,9% conforme controles in 2016 blijft Leuven bij de meest hygiënische marktsteden in Vlaanderen. Dit blijkt uit cijfers die CD&V-kamerlid Els Van Hoof opvroeg bij bevoegd Minister van Voedselveiligheid Ducarme. Enkel Roeselare scoort beter dan Leuven met 100% conforme marktkramen, maar deze centrumstad kende veel minder controles dan Leuven. Zo werden 72 Leuvense kramen gecontroleerd tegenover 11 in Roeselare. Opvallend is dat, terwijl Leuven de laatste jaren steeds rond de 80% conforme controles laat noteren, alle andere stedelijke markten een sterke terugval kenden ten opzichte van 2015. Was Leuven in 2015 nog teruggevallen tot de middenmoot met 82% is het ongeveer hetzelfde, stabiele cijfer nu weer bijna koploper. Dit komt dus doordat alle andere steden een stevige terugval kenden. Aalst, dat koploper was in 2015, gaat sterk achteruit (-33,6%) met 65% volledig conforme controles ten opzichte van 98,6% in 2015. Ook andere centrumsteden die goed scoorden in 2015 zoals Kortrijk (-22,6%), Oostende (-47,1%) en Genk (-42,3%) gaan sterk achteruit.

CD&V-Kamerlid Els Van Hoof volgt al sinds haar aantreden in het Federaal Parlement de hygiëne van de Leuvense marktkramen op. “De diversiteit in het aanbod en het volkse karakter maken de markten populair. Dat is ook het geval in Leuven en haar deelgemeenten, waar niet minder dan zes wekelijkse openbare markten georganiseerd worden. Gezien de beperkte ruimte van de marktkramen is het echter een absolute vereiste dat de hygiëneregels correct worden toegepast. Frequente controles door het FAVV zijn dus zeker nodig.” Elk jaar ondervraagt Van Hoof dan ook de bevoegde minister over de cijfers van controleorgaan FAVV.

Stabiele koploper

 

Uit de cijfers blijkt dat Leuvense marktkramers zich de laatste jaren opwerpen als stabiele koploper inzake het volgen van de hygiëneregels. In 2014 was het nog koploper met 84,4%. In 2015 en 2016 blijft Leuven goed scoren rond de 82% conforme controles. Opvallend is dat Leuven in 2015 zich hiermee slechts in de middenmoot van alle centrumsteden bevond, terwijl het in 2016 terug de tweede plaats bezet. Dit valt vooral te verklaren door de sterke terugval van alle andere marktsteden.

 

De schommelingen van het ene op het andere jaar kunnen volgens minister Ducarme deels verklaard worden door het feit dat, terwijl het FAVV de jaarlijkse doelstellingen definieert in termen van controle in het kader van een verdeelsleutel tussen de provincies, het de Lokale Controle-eenheden (LCE’s) zijn die het type van evenement definiëren waarop zij zich willen richten in het kader van hun controleopdrachten. Het is dus mogelijk dat dit ertoe leidt dat een LCE een groter aantal controles richt op een beperkt aantal steden en gemeenten tijdens een gegeven jaar, en vervolgens meer operatoren controleert in andere steden en gemeenten tijdens het volgende jaar. In sommige steden werden dus soms minder controles uitgevoerd op bepaalde evenementen, waardoor de cijfers vertekend kunnen raken. Maar dit had dus geen effect op de Leuvense markten, waar elk jaar veel controles zijn uitgevoerd en de markten steeds een groot aantal conforme controles kenden.

 

Van Hoof reageert positief: “Leuvense markten scoren al enkele jaren zeer goed op het vlak van hygiëne. Zo werd in 2012 75% procent van de controles als gunstig beoordeeld. In 2013 liep dat percentage al op tot 82,2%. In 2014 deed Leuven het nog beter, toen werd 84,4% van de inspecties omschreven als gunstig door het FAVV. En nu blijven de cijfers voor Leuven dus stabiel, terwijl alle andere stedelijke markten het veel slechter doen dan vorige jaren. De marktkramers doen duidelijk hun best in Leuven, al is er natuurlijk altijd nog ruimte voor verbetering.”

Handen wassen en temperaturen producten

 

Bij 7,7% van de gecontroleerde markten werden inbreuken vastgesteld over het ontbreken van een voorziening om handen te wassen en op hygiënische wijze te drogen, hierin scoorde Oostende het slechtst met 38,3%. 7% van de gecontroleerde kramen leefden de voorschriften inzake temperaturen van gekoelde levensmiddelen en diepgevroren producten niet na, in Mechelen werd dit bij 55% van de kramen vastgesteld. Tenslotte kende 4,9% van de Leuvense kramen een probleem met de inachtneming van de warme keten, dit was bij 40% van de kramen in Sint-Niklaas een probleem. Andere gecontroleerde punten, zoals ontdooiing onder ongeschikte omstandigheden, een slechte toestand van de handelsruimte of gebrek aan persoonlijke hygiëne en geschikte kledij werden niet of nauwelijks vastgesteld. Met deze cijfers doet Leuven het over het algemeen dus beduidend beter dan alle centrumsteden, met uitzondering van Roeselare.

Controles beperken zich wel tot de Leuvense stadskern. In de Leuvense deelgemeenten Wijgmaal, Kessel-Lo en Wilsele werd tijdens de betrokken periode geen enkele ambulante operator geïnspecteerd. Over de cijfers van 2017 vallen nog weinig conclusies te trekken. Zo werden in Leuven nog maar 2 controles uitgevoerd, terwijl in andere steden als Antwerpen, Kortrijk en Oostende al in de 20 controles gedaan zijn en in Brugge al 45. Voorlopig scoren Oostende en Brugge zwak op de controles (33,3% en 28,9%).

Leuvense markten blijven in kop van het peloton inzake hygiëne

Bijna alle andere marktsteden fors achteruit

 

Met 81,9% conforme controles in 2016 blijft Leuven bij de meest hygiënische marktsteden in Vlaanderen. Dit blijkt uit cijfers die CD&V-kamerlid Els Van Hoof opvroeg bij bevoegd Minister van Voedselveiligheid Ducarme. Enkel Roeselare scoort beter dan Leuven met 100% conforme marktkramen, maar deze centrumstad kende veel minder controles dan Leuven. Zo werden 72 Leuvense kramen gecontroleerd tegenover 11 in Roeselare. Opvallend is dat, terwijl Leuven de laatste jaren steeds rond de 80% conforme controles laat noteren, alle andere stedelijke markten een sterke terugval kenden ten opzichte van 2015. Was Leuven in 2015 nog teruggevallen tot de middenmoot met 82% is het ongeveer hetzelfde, stabiele cijfer nu weer bijna koploper. Dit komt dus doordat alle andere steden een stevige terugval kenden. Aalst, dat koploper was in 2015, gaat sterk achteruit (-33,6%) met 65% volledig conforme controles ten opzichte van 98,6% in 2015. Ook andere centrumsteden die goed scoorden in 2015 zoals Kortrijk (-22,6%), Oostende (-47,1%) en Genk (-42,3%) gaan sterk achteruit.

CD&V-Kamerlid Els Van Hoof volgt al sinds haar aantreden in het Federaal Parlement de hygiëne van de Leuvense marktkramen op. “De diversiteit in het aanbod en het volkse karakter maken de markten populair. Dat is ook het geval in Leuven en haar deelgemeenten, waar niet minder dan zes wekelijkse openbare markten georganiseerd worden. Gezien de beperkte ruimte van de marktkramen is het echter een absolute vereiste dat de hygiëneregels correct worden toegepast. Frequente controles door het FAVV zijn dus zeker nodig.” Elk jaar ondervraagt Van Hoof dan ook de bevoegde minister over de cijfers van controleorgaan FAVV.

Stabiele koploper

 

Uit de cijfers blijkt dat Leuvense marktkramers zich de laatste jaren opwerpen als stabiele koploper inzake het volgen van de hygiëneregels. In 2014 was het nog koploper met 84,4%. In 2015 en 2016 blijft Leuven goed scoren rond de 82% conforme controles. Opvallend is dat Leuven in 2015 zich hiermee slechts in de middenmoot van alle centrumsteden bevond, terwijl het in 2016 terug de tweede plaats bezet. Dit valt vooral te verklaren door de sterke terugval van alle andere marktsteden.

 

De schommelingen van het ene op het andere jaar kunnen volgens minister Ducarme deels verklaard worden door het feit dat, terwijl het FAVV de jaarlijkse doelstellingen definieert in termen van controle in het kader van een verdeelsleutel tussen de provincies, het de Lokale Controle-eenheden (LCE’s) zijn die het type van evenement definiëren waarop zij zich willen richten in het kader van hun controleopdrachten. Het is dus mogelijk dat dit ertoe leidt dat een LCE een groter aantal controles richt op een beperkt aantal steden en gemeenten tijdens een gegeven jaar, en vervolgens meer operatoren controleert in andere steden en gemeenten tijdens het volgende jaar. In sommige steden werden dus soms minder controles uitgevoerd op bepaalde evenementen, waardoor de cijfers vertekend kunnen raken. Maar dit had dus geen effect op de Leuvense markten, waar elk jaar veel controles zijn uitgevoerd en de markten steeds een groot aantal conforme controles kenden.

 

Van Hoof reageert positief: “Leuvense markten scoren al enkele jaren zeer goed op het vlak van hygiëne. Zo werd in 2012 75% procent van de controles als gunstig beoordeeld. In 2013 liep dat percentage al op tot 82,2%. In 2014 deed Leuven het nog beter, toen werd 84,4% van de inspecties omschreven als gunstig door het FAVV. En nu blijven de cijfers voor Leuven dus stabiel, terwijl alle andere stedelijke markten het veel slechter doen dan vorige jaren. De marktkramers doen duidelijk hun best in Leuven, al is er natuurlijk altijd nog ruimte voor verbetering.”

Handen wassen en temperaturen producten

 

Bij 7,7% van de gecontroleerde markten werden inbreuken vastgesteld over het ontbreken van een voorziening om handen te wassen en op hygiënische wijze te drogen, hierin scoorde Oostende het slechtst met 38,3%. 7% van de gecontroleerde kramen leefden de voorschriften inzake temperaturen van gekoelde levensmiddelen en diepgevroren producten niet na, in Mechelen werd dit bij 55% van de kramen vastgesteld. Tenslotte kende 4,9% van de Leuvense kramen een probleem met de inachtneming van de warme keten, dit was bij 40% van de kramen in Sint-Niklaas een probleem. Andere gecontroleerde punten, zoals ontdooiing onder ongeschikte omstandigheden, een slechte toestand van de handelsruimte of gebrek aan persoonlijke hygiëne en geschikte kledij werden niet of nauwelijks vastgesteld. Met deze cijfers doet Leuven het over het algemeen dus beduidend beter dan alle centrumsteden, met uitzondering van Roeselare.

Controles beperken zich wel tot de Leuvense stadskern. In de Leuvense deelgemeenten Wijgmaal, Kessel-Lo en Wilsele werd tijdens de betrokken periode geen enkele ambulante operator geïnspecteerd. Over de cijfers van 2017 vallen nog weinig conclusies te trekken. Zo werden in Leuven nog maar 2 controles uitgevoerd, terwijl in andere steden als Antwerpen, Kortrijk en Oostende al in de 20 controles gedaan zijn en in Brugge al 45. Voorlopig scoren Oostende en Brugge zwak op de controles (33,3% en 28,9%).