Bijna alle andere marksteden gaan fors achteruit

 

De meest hygiënische markten in Vlaanderen zijn te vinden in Roeselare en Leuven. Dit blijkt uit cijfers die CD&V-kamerlid Els Van Hoof opvroeg bij bevoegd Minister van Voedselveiligheid Ducarme. Het Federaal Agentschap voor Voedselveiligheid (FAVV) voert jaarlijks bij ongeveer 1500 ambulante handelaars, waaronder marktkramers, kerstkramen, of verkooppunten van voedsel op festivals en evenementen, controles uit. Roeselare liet in 2016 100% conforme controles optekenen en is hiermee afgetekend koploper van alle Vlaamse centrumsteden. Roeselare wordt gevolgd door Leuven met 81,9%. Belangrijk is wel om op te merken dat Leuven veel meer gecontroleerd werd: 72 Leuvense kramen tegenover 11. Opvallend is dat bijna alle andere stedelijke markten een sterke terugval kennen ten opzichte van 2015. Aalst, dat koploper was in 2015, gaat sterk achteruit (-33,6%) met 65% volledig conforme controles ten opzichte van 98,6% in 2015. Ook Kortrijk (-22,6%), Oostende (-47,1%), Genk (-42,3%) en Aarschot (-27,1) gaan fors achteruit.

 

CD&V-Kamerlid Els Van Hoof volgt al sinds haar aantreden in het Federaal Parlement de hygiëne van marktkramen op. “De diversiteit in het aanbod en het volkse karakter maken de markten populair. Zoals bijvoorbeeld in Leuven, waar niet minder dan zes wekelijkse openbare markten georganiseerd worden. Gezien de beperkte ruimte van de marktkramen is het echter een absolute vereiste dat de hygiëneregels correct worden toegepast. Frequente controles door het FAVV zijn dus zeker nodig.” Elk jaar ondervraagt Van Hoof dan ook de bevoegde minister over de cijfers van controleorgaan FAVV.

 

Leuven en Roeselare koplopers, Mechelen minst hygiënisch

De koploper inzake hygiënische markten is in 2016 dus Roeselare (100% conforme controles), gevolgd door Leuven (81,9%) en Kortrijk (73,1%). Van Hoof reageert positief: “In steden als Leuven en Roeselare scoren markten al geruime tijd zeer goed op het vlak van hygiëne. De marktkramers doen daar duidelijk hun best, al is er natuurlijk altijd nog ruimte tot verbetering.” De minst hygiënische markten zijn te vinden in Mechelen met slechts 9,1% conforme controles, waarmee het veel slechter doet dan Oostende (43,8%) en Genk (44,4%). Mechelen krijgt hiermee al voor het tweede jaar op rij de bedenkelijke eer van minst hygiënische marktstad in Vlaanderen. Er zijn wel grote verschillen in het aantal controles per centrumstad. Zo werden Genk, Mechelen en Roeselare slechts een tiental keer gecontroleerd terwijl Gent, Antwerpen en Leuven meer dan 70 controles kregen.

 

In de laatste jaren laten vooral de markten in Leuven goede, stabiele cijfers inzake hygiëne noteren. Zo scoorde Leuven meer dan 80% van 2013 tot 2016. In Antwerpen schommelen de cijfers dan weer tussen 60 en de 70% tussen 2014 en 2016. Opvallend is dat de cijfers in de meeste andere centrumsteden sterk schommelen. In bijvoorbeeld Aalst werden in 2014 63% conforme controles genoteerd, in 2015 was het opeens koploper met 96%, waarna het weer terugviel tot 65%. Deze sterke terugval zien we ook in bijvoorbeeld Hasselt, Genk en Oostende.

 

De schommelingen van het ene op het andere jaar kunnen volgens minister Ducarme deels verklaard worden door het feit dat, terwijl het FAVV de jaarlijkse doelstellingen definieert in termen van controle in het kader van een verdeelsleutel tussen de provincies, het de Lokale Controle-eenheden (LCE’s) zijn die het type van evenement definiëren waarop zij zich willen richten in het kader van hun controleopdrachten. Dit kan er toe leiden dat het LCE een groot aantal controles richt op een beperkt aantal steden en op bepaalde types evenementen. Zoals eerder aangegeven worden niet enkel de gewone markten, maar ook voedselkramen op evenementen en festivals, kerstmarkten en dergelijke gecontroleerd. De focus op bepaalde types evenementen kan voor een vertekening van de resultaten zorgen.

 

Handen wassen en temperatuur van producten

De meest vastgestelde non-conformiteit is het ontbreken van een voorziening om de handen te wassen, dit was het geval bij 18,3% van de controles. In Oostende en Mechelen waren meer dan 30% van de kramen hiermee niet in orde, in Leuven en Roeselare minder dan 10%. Daarnaast werden het meest inbreuken vastgesteld inzake de niet-naleving van temperaturen van gekoelde levensmiddelen en diepgevroren producten, bij 14,6% van de gecontroleerde kramen werden hier problemen vastgesteld. Vooral in Mechelen was dit het geval: bij 55% van alle kramen. In Roeselare, Kortrijk en Leuven werd deze inbreuk bij minder dan 7% van de kramen vastgesteld.

 

Voor de cijfers van 2017 vallen nog weinig conclusies te trekken. Zo werden in Leuven en Mechelen nog maar 1 à 2 controles uitgevoerd, terwijl in andere steden als Antwerpen, Kortrijk en Oostende al in de 20 controles gedaan zijn en in Brugge al 45. Voorlopig scoren Oostende en Brugge het zwakst op de controles (33,3% en 28,9%).