CD&V wil gokkers beter beschermen met nieuw wetsvoorstel
Van Hoof: “Toezichthouder moet verzuchtingen van spelers en hulpsector even serieus nemen als belangen van goksector”
Gisteren bleek dat de toezichthouder, de Kanspelcommissie, het licht op groen heeft gezet voor de goksector om hun machines aan te passen zodat spelers er per uur gemiddeld 36 procent meer op kunnen verliezen. CD&V-Kamerlid Els Van Hoof vindt dat een slechte beslissing en heeft een wetsvoorstel klaar om spelers beter te beschermen tegen de risico’s van gokverslaving: “Deze beslissing van de Kanspelcommissie dient alleen de belangen van de goksector, de negatieve effecten voor spelers worden niet in acht genomen. Dit is jammer genoeg een structureel probleem. Dat wil ik aanpakken met een nieuw wetsvoorstel dat zorgt voor een structureel overleg tussen de Kansspelcommissie en de hulpsector voor gokkers. De toezichthouder moet meer beslissen in het belang van het welzijn van de spelers.”
Van Hoof ziet twee verschillende evoluties die problematisch zijn. Langs de ene kant groeit de winst van de gokindustrie jaar na jaar. In 2016 kende de goksector een record met een jaaromzet van 1,17 miljard euro. Aan de andere kant worden spelers steeds kwetsbaarder. Volgens onderzoek aan de UGent zou 1 op 4 van de personen die deelnemen aan gokautomaatspelen en casinospelen behoren tot de categorie “gemiddeld tot hoog verslavingsrisico”. Vooral jongeren zijn kwetsbaar, 4,5 tot 7,5 % van de Belgische scholieren die af en toe gokken zou reeds een gokprobleem hebben.
Om deze negatieve trend te keren en spelers beter te beschermen tegen de risico’s van gokverslaving en daarbijhorende financiële en psychologische problemen wil Van Hoof dat de Kanspelcommissie de belangen van spelers meer in acht neemt. Van Hoof: “De goksector heeft op dit moment een disproportionele impact op het beleid van de Kanspelcommissie. De Kanspelcommissie moet zijn rol als regulator van de goksector en beschermer van de speler beter kunnen spelen.”
Om dit te verwezenlijken wil ze de statutaire regeling van de Kansspelcommissie in de Kansspelwet uit 1999 aanpassen. Van Hoof: “In de Kansspelwet staat nu omschreven dat de Kansspelcommissie structureel overleg aangaat met de goksector. Ik vind het onbegrijpelijk dat de belangen van de goksector wel structureel verdedigd worden in het beleid, terwijl deze van gokverslaafden en de hulpsector niet worden vertegenwoordigd. Daarom wil ik met mijn wetsvoorstel dat ook voor de hulpsector en vertegenwoordigers van de spelers een structureel overleg wordt voorzien. Zo zal de besluitvorming evenwichtiger gebeuren, met steeds het maatschappelijk belang in het achterhoofd.”