Ouderen worden anders behandeld omwille van stereotypen en vooroordelen die bestaan over mensen met een oude leeftijd. Uit Amerikaans onderzoek blijkt zelfs dat de stereotypen over mensen met een oude leeftijd hardnekkiger zijn dan raciale stereotypen. Het is onbegrijpelijk dat hier niet meer verontwaardiging over bestaat.

Ouderen zijn de grootst groeiende bevolkingsgroep. Momenteel is wereldwijd 1 op 9 mensen ouder dan 60, in 2050 zal het gaan om 1 op 6. In België zal tegen 2050 zelfs 30% van de bevolking senior zijn. Ondanks hun groeiend belang in de maatschappij ervaart deze groep meervoudige problemen: ze krijgen te maken met discriminatie op de arbeidsmarkt, er is een gebrek aan gepaste maatregelen en voorzieningen op vlak van vrijetijdsbesteding en toegankelijkheid, en ze worden het slachtoffer van misbruik en geweld. Dit is zowel bij ons als in ontwikkelingsregio’s het geval.

Wel, het is dat verhaal dat we moeten omdraaien. Ten eerste omdat ouderen, zoals ieder mens, recht hebben op een menswaardige behandeling . Maar vooral ook omdat we zo enorme kansen laten schieten. Een ouder wordende bevolking biedt enorme opportuniteiten. We moeten de karaktervastheid en levenservaring van ouderen beter benutten. We weten ook dat zij ‘nieuwe’ consumenten zijn en vaak meer geld kunnen besteden dan jongeren. De ‘silver economy’ zou moeten bloeien: nieuwe markten met goederen en diensten om te groeien liggen open. Ouderen zijn dus geen molensteen om de nek van jonge generaties, maar net een potentiële groeikiem van onze maatschappij.

Om die enorme opportuniteiten aan te boren, moeten we er wel voor zorgen dat ouderen wereldwijd van hun rechten kunnen genieten. Daarvoor is een sterke basis van wereldwijd erkende mensenrechten nodig. Het huidige kader (met oa de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, verschillende conventies en VN-resoluties, het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en het Europese Sociale Charter) lijkt te beperkt om leeftijdsdiscriminatie uit te bannen. De bestaande instrumenten bevatten onvoldoende specifieke bepalingen om de rechten van ouderen te waarborgen: er is een te beperkte juridische afdwingbaarheid, de bepalingen zijn versplinterd over verschillende verdragen en conventies, er is onvoldoende aandacht voor in de internationale gemeenschap en geen consequente toepassing in de praktijk.

Een nieuwe conventie

Sedert 2010 is in de VN een “Open-Ended Working Group on Ageing” met afgevaardigen van verschillende landen aan de slag. De mogelijkheid van een specifiek verdrag voor leeftijdsdiscriminatie wordt onderzocht, dit naar analogie met andere verdragen, zoals het vrouwenverdrag (CEDAW) en het kinderrechtenverdrag.

Hierdoor moeten landen zich, naar analogie met de vorige verdragen, sneller engageren tot positieve verplichtingen. De verdragen zijn ook meer afdwingbaar en kennen een belangrijke waarde: burgers kunnen zich hierop beroepen in de rechtbank en krijgen de mogelijkheid om internationaal klacht in te dienen tegen een schending van hun rechten wanneer de nationale rechtsmiddelen uitgeput zijn. Het biedt ten slotte een inhoudelijke leidraad die nationaal gebruikt kan worden om nationale wetten en rechten rond ouderen te implementeren.

We moeten een kordaat standpunt innemen. Dat doen wij met CD&V met een resolutie over een internationale aanpak van leeftijdsdiscriminatie. In deze resolutie pleiten wij voor een uitbreiding van het internationaal mensenrechteninstrumentarium. België moet zorgen voor èn meewerken aan een VN-verdrag over leeftijdsdiscriminatie, maar ook op verschillende niveaus (bilateraal, EU, VN, ontwikkelingssamenwerking) op actieve wijze de rechten van ouderen verdedigen.

Enkel door het probleem van leeftijdsdiscriminatie in internationaal perspectief te plaatsen kunnen we naar samenlevingen waar ouderen volwaardig deel van uitmaken. Op die manier kunnen we de gigantische troeven van een ouder wordende bevolking uitspelen.

Els Van Hoof, federaal volksvertegenwoordiger CD&V en An Hermans, Voorzitter CD&V-senioren