De uitbreiding van de terugbetaling van anticonceptiemiddelen zorgt daadwerkelijk voor een grote stijging in het terugbetalen van anticonceptie. Dat blijkt uit cijfers die Kamerlid Els Van Hoof (cd&v) opvroeg bij federaal minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke. Van Hoof is een van de drijvende krachten achter deze uitbreiding, en vindt het positief dat de wetswijzigingen tot zoveel terugbetalingen aanleiding gaven.

Tot 2019 werden anticonceptiemiddelen slechts terugbetaald tot de leeftijd van 21 jaar. Dit werd echter uitgebreid door wetswijzigingen in 2019 en 2020. Zo werd door de wet van 22 april 2019 de terugbetaling uitgebreid tot vrouwen jonger dan 25 jaar[1]. De wet van 31 juli 2020, die er kwam op initiatief van Els Van Hoof, zorgde voor een bijkomende uitbreiding. Sindsdien kan ook wie 25 jaar of ouder is én recht heeft op een verhoogde tegemoetkoming aanspraak maken op de terugbetaling. Beide wetswijzigingen traden in werking in 2020.

De cijfers die Kamerlid Els Van Hoof opvroeg bij de minister, tonen aan dat deze uitbreidingen wel degelijk resulteerde in een groot aantal terugbetalingen. Onder meer volgende resultaten kunnen uit de cijfers worden afgeleid:

  • Met betrekking tot de uitgebreide terugbetaling tussen 21 jaar en 25 jaar (wet van 2019):
    • In 2021 – 1 jaar na de inwerkingtreding van de wetswijziging – werden ongeveer 250.000[2] verpakkingen voorbehoedsmiddelen terugbetaald aan personen van 21 tot en met 25 jaar, voor een bedrag van zo’n 6 miljoen euro.[3]
    • Dat zijn er bijna evenveel als in de leeftijdsgroep 15 tot 20 jaar[4], de groep die ook voor de wetswijziging recht had op een terugbetaling.
    • In totaal werden in 2021 aan de -25-jarigen (0-25j) zo’n 190.000[5] extra verpakkingen terugbetaald dan in 2019. Dit is een stijging van zo’n 60%. Het budget dat hierbij werd uitgegeven, steeg met zo’n 80%.[6]
  • Met betrekking tot de uitgebreid terugbetaling voor personen met een verhoogde tegemoetkoming na de leeftijd van 25 jaar (wet van 2020):
    • In 2021 werden voor personen met een verhoogde tegemoetkoming vanaf 25 jaar bijna 140.000[7] verpakkingen voorbehoedsmiddelen terugbetaald, voor een totaalbedrag van 2,5 miljoen euro[8].
    • In vergelijking met 2019 – het jaar voor de wetswijziging – werden maar liefst viermaal zoveel verpakkingen terugbetaald aan personen met een verhoogde tegemoetkoming.[9] Ook budget dat hierbij werd uitgegeven verviervoudigde.[10]

Els Van Hoof diende destijds het wetsvoorstel in dat aanleiding gaf tot deze uitgebreide terugbetaling: “De terugbetaling van voorbehoedsmiddelen is van belang om de financiële drempels voor het correct gebruik van voorbehoedsmiddelen weg te nemen. Op die manier dragen we bij aan het voorkomen van ongewenste zwangerschappen. Ook de Nationale Evaluatiecommissie Zwangerschapsafbreking benadrukte reeds het belang van toegankelijke anticonceptie bij het voorkomen van ongewenste zwangerschappen.” Dat de uitgebreide terugbetaling wel degelijk veelvuldig gebruikt wordt, vindt Van Hoof dan ook een goede zaak: “De prijs van voorbehoedsmiddelen mag nooit een obstakel zijn om zelf te kunnen bepalen wanneer je zwanger wordt. Toegankelijke anticonceptie geven vrouwen zelf een beslissingsrecht over lichaam en zwangerschap.”

Daarom diende Van Hoof ook recent een nieuw wetsvoorstel in om langdurige anticonceptie gratis te maken voor alle vrouwen, ook voor wie ouder is dan 25 jaar en geen verhoogde tegemoetkoming krijgt. Het gaat om middelen als het koperen spiraaltje, het hormoonspiraal, implantaat of anticonceptie-injectie. Van Hoof: “De Evaluatiecommissie geeft aan dat langdurige anticonceptiemiddelen belangrijk zijn voor het voorkomen van ongewenste zwangerschappen. Bovendien blijkt uit hun rapport dat de meerderheid van de abortussen gebeurt bij de groep 25-34-jarigen, de groep die nu vaak geen financiële tegemoetkoming voor anticonceptie kan ontvangen. Als we ongewenste zwangerschappen of zwangerschapsafbrekingen, en de ingrijpende impact die zij op vrouwen kunnen hebben, willen voorkomen, is het dan ook cruciaal dat we langdurige anticonceptie betaalbaarder maken


[1] Het gaat om voorbehoedsmiddelen voor vrouwen, dus geen mannelijke voorbehoedsmiddelen.

[2] 250.363 verpakkingen, het gaat telkens om zowel hormonale voorbehoedsmiddelen als lokale voorbehoedsmiddelen.

[3] 6.002.197 euro.

[4] 250.073 verpakkingen

[5] In 2021 ging het om 512.221 verpakkingen, in 2019 om 317.105 verpakkingen.

[6] Van 6.350.047 euro in 2019 naar 11.473.584 euro in 2021.

[7] 138.928 verpakkingen

[8] 2.589.168 euro

[9] In 2019 werden 52.904 verpakkingen terugbetaald aan personen met een verhoogde tegemoetkoming. In 2021 bedroeg dit 222.083 verpakkingen. In 2020 lag dit aantal op 109.657 (de wetswijziging trad in de loop van 2020 in werking).

[10] Van 957.920 euro in 2019 naar 4.240.039 euro in 2021.